Opwarming en Huglin index

Mediterrane wijnstreken zoals de Languedoc-Roussillon ondervinden de effecten van global warming. Was de gemiddelde zomertemperatuur (april tot en met september) rondom Montpellier over de periode 1961-1990 nog 18,9°C, over 1979-2009 is dat met een graad toegenomen tot 19,9°C. Het gemiddelde van de afgelopen tien oogstjaren (20,5°C) heeft daar zeker aan bijgedragen.

De Franse wijnbouwdeskundige Pierre Huglin heeft in 1978 een klimaatindex ontwikkeld die een verband legt tussen temperatuur en druivenras. In het kort komt het er op neer dat bijvoorbeeld pinot blanc of chardonnay bij een Huglin-index van 1700 goed kan rijpen (Elzas, Bourgogne), terwijl syrah en grenache 2100 nodig hebben. De Huglin-index voor Montpellier is in vijftig jaar toegenomen van 2107 (gemiddelde 1961- 1990) naar 2145 (1979-2009).

Over de laatste tien jaar (1999-2009) is dat gemiddelde zelfs 2363! Dat betekent dat zelfs de traditionele Zuid-Franse druivenrassen het erg warm krijgen en vaker alcoholrijke en zondoorstoofde wijnen produceren, zoals in 2006 (Huglin index 2550). Een relatief koel oogstjaar zoals 2008 (Huglin index 2285) zorgt echter voor meer fruit en frisheid in de wijn en een betere doordrinkbaarheid.